top of page
Zoeken
Foto van schrijverjefegin

Een stukje Romenië

(geplaatst nov. 2019)

Ik zou u mee willen nemen naar Roemenië. Ik zou u een stukje van het land willen laten zien en bij enkele mensen binnen willen stappen om te laten zien hoe ze wonen.


Voor ons eerste bezoekje moeten we een eindje rijden. We verlaten Arad in oostelijke richting. De lange rechte weg snijdt enkele dorpen doormidden. Rechts van de weg is met EU geld een licht roze fietspad aangelegd, waarvan nog maar heel weinig gebruik wordt gemaakt. Links loopt parallel aan de weg de rails van de tram. Voor bewoners van de dorpen langs deze weg is dit het meest geschikte vervoersmiddel om in Arad te komen om naar school te gaan, voor dagelijks werk of een ziekenhuisbezoek. Het vlakke land tussen de dorpen, dat behoort aan grondgrondbezitters of grote bedrijven, bestaat uit grote percelen, waar machinaal wordt geploegd, gezaaid en geoogst.


Na zo’n 25 km. komen we bij een lage heuvelrug, we passeren de stad Lipova en gaan verder op een smalle provinciale asfaltweg, die zich door het licht golvende landschap slingert. De komende 15 km. zullen bospercelen en akkerland zich afwisselen. Al het verkeer dat we hier tegenkomen heeft Ususua als eindbestemming, want deze weg zal achter Ususau op den duur eindigen als zandweg in het bos.


We gaan op bezoek bij mevr. Opgewekt. Ik noem haar zo, want als ze ons ziet, glundert ze al van oor tot oor en staat ze te huppelen als een jong meisje, met haar 72 lentes. Ze slaat de handen in elkaar en komt ons begroeten. We parkeren onze witte bus vlak tegen de gehavende schutting, net voorbij het tuinhek.  Voordat we de 2 voedselpakketten en de dozen met incontinentie-materiaal uitladen, gaan we haar eerst even begroeten. Onze tolk Monica, die juist haar opleiding heeft afgerond en werk zoekt in de verpleging, vertaalt vanuit het Roemeens naar het Engels. Mevr. Opgewekt vertelt dat ze zo blij is als ze ons ziet. Ze herkent enkele van onze teamleden, die haar al vaker hebben bezocht en schudt ze hartelijk de hand. Haar gelaatsuitdrukking verandert ineens, als we vragen hoe het met haar gaat.


Bedroeft vertelt ze dat hij zo agressief is geworden en dat het zo zwaar is om voor hem te zorgen. Maar ze houdt zo van hem. En nogmaals doet ze het verhaal, dat we al eerder van haar hebben gehoord. Als pas getrouwd jong meisje was ze zo blij dat ze zwanger werd. Maar die blijdschap werd al gauw overschaduwd toen bleek dat het jongetje gehandicapt ter wereld was gekomen; hij kon niet leren lopen, niet leren praten; eigenlijk helemaal niets leren. Het bleef een baby. Maar die baby werd lichamelijk wel groter en helemaal van zijn moeder afhankelijk. Mevr. Opgewekt heeft al haar liefde aan de jongen gegeven en dat ging prima, zolang de vader er was om te helpen verschonen, hem naar buiten te dragen en in het gras te zetten, hem op bed te leggen.


Maar 16 jaar geleden was de vader overleden en mevr. Opgewekt stond er alleen voor. Nu is de baby 53 jaar oud. Twee jaar geleden begon hij nukkig te worden, op de meest vreemde momenten te schreeuwen, te slaan en steeds agressiever te worden. Diverse ruiten zijn inmiddels gesneuveld, de tussendeur hangt scheef in de scharnieren. En nu vraagt mevr. Opgewekt of we even binnen willen kijken. Ik knik bevestigend.


Ze gaat ons voor het huis binnen. Achter de deur wacht ik even een paar tellen, tot mijn ogen aan het duister zijn gewend. We lopen een klein kamertje door, voor we in het woonvertrek aankomen. In dit grote vertrek wordt gekookt, gegeten, geslapen, geleefd. Ik realiseer me dat dit vertrek totaal is uitgeleefd. Het is rommelig. In het halfduister staat in een hoek een divan, ik vermoed de slaapplaats van mevr. Opgewekt. Nu draai ik me om en zie in de hoek achter de deur ook een bed staan. Op het bed zit haar zoon. Hij maait met zijn handen door de lucht. Maakt hoge gillende geluiden. Hij kijkt ons nauwelijks aan, maar weet dat we er zijn. Hij draagt alleen een hemd. De mouwen zijn er af gescheurd, de romp is deels ingescheurd.


Of hij een onderbroek aan heeft, zie ik niet zo gauw. Armen en benen zijn ontbloot. Op het matras ligt alleen een onderlaken. Naast het bed staat een tafel, met daarop een steen van minstens 30 kg. Mevr. Opgewekt vertelt dat hij al zijn kleding kapotscheurt, dat hij de tafel om zou gooien, als die steen er niet op lag. Ze kan hem nauwelijks nog de baas. Hij is al een jaar niet buiten geweest. Maar onze aanwezigheid maakt hem extra onrustig, dus we kunnen beter maar naar buiten gaan.


“Dit kan toch niet zo”, flitst het door mijn hoofd. “Waarom helpt niemand haar?”   Ook als we buiten staan, klinkt het gegil van de zoon nog een poosje. In een kleine gemeenschap als Ususau is de situatie van mevr. Opgewekt bij iedereen bekend. Ze woont hier al haar hele leven. Zwakzinnigenzorg of opvang voor gehandicapten bestaat in Roemenië nog niet. Ze krijgt een beetje geld. En voor de rest moet je het zelf maar uitzoeken. Aan de andere kant zou mevr. Opgewekt niet eens willen dat haar zoon ergens in een tehuis gestopt werd. Niemand kan beter voor hem zorgen dan zij. Ze maakt zich alleen zorgen wat er met hem gebeurt als zij dood gaat.


We zetten de voedselpakketten voor de deur en 2 dozen met grote maat luiers. Dan vragen we of we voor haar mogen bidden. Meteen fleurt ze weer op en begint te glunderen. Ze vertelt dat ze altijd op God vertrouwt. Ze is zo dankbaar dat ze haar geloof in God heeft. We lezen voor haar een tekst uit de Bijbel: Jesaja 40:29, dat God de vermoeide kracht geeft en sterkte vermeerdert van degene die geen krachten heeft. Spontaan begint mevr. Opgewekt te bidden. Hoewel dat niet werd vertaald, kan je merken dat ze haar hart kan luchten bij God de Vader.

We nemen afscheid, ze geeft iedereen een zoen, we stappen in de bus en rijden naar het volgende adres in dit dorp..

0 weergaven0 opmerkingen

Recente blogposts

Alles weergeven

Een stukje Roemenië 2

Na ons eerste bezoekje aan mevr. Opgewekt, brengen we nu als tweede een bezoekje aan mevr. Uitgeput. Vanaf ons logeeradres in Arad...

Rodi

Rodi Er zijn in Roemenië drie soorten zigeuners (dit is geen discriminerend woord, maar ik gebruik het als verzamelnaam) Ten eerste de...

Comments


bottom of page